Séance tenue à la Bibliothèque Royale à Bruxelles, le 18 décembre 2004

Vergadering in de Koninklijke Bibliotheek te Brussel op 18 december 2004

Présents – Aanwezig : Mevrn S. Scheers, L. Naster-Van der Mert, B. de Meyer en Gh. Moucharte en Dhrn. P. Cockshaw (voorzitter), J. van Heesch (secretaris), J.-L. Dengis, J. Schoonheyt, R. Waerzeggers, H. Dewit, P. Pasmans, P. Degel, A.-F. Schepers, M. Rocour, D. De Backer, E. Schutyser, G. Lejeune, M. Bar, F. de Callataÿ, L. Smolderen, W. Faes, A. Decock en J. Moens.

Excusés – Verontschuldigd : Mevr. M.-L. Dupont en Dhrn. M. Gheerardijn, A. Haeck en G.-X. Cornet.

Le Président ouvre la séance, qui a de nouveau lieu dans la salle L. de Hirsch entièrement rénovée, à 14h30.

Dhr. van Heesch vermeldt de verontschuldigden.  Hij laat enkele nieuwe publicaties circuleren (Collection Jacqueline door Ch. Goudineau, Victoria Augusti door F. López Sánchez, Festschrift ter gelegenheid van de 60ste verjaardag van N. Klüssendorf in de reeks Fundamenta Historiae), en verzoekt Dhr. Smolderen een toelichting te willen geven bij zijn recent boek over het œuvre van de graveursfamilie Waterloos.

M. Smolderen précise que l’ouvrage sur la famille des graveurs Waterloos, active au 17ème siècle, constitue en quelque sorte le missing link en matière de médailles de nos régions, les autres périodes étant couvertes par des publications déjà existantes.  L’audience applaudit l’auteur pour le féliciter de son assiduité et de la qualité du travail presté.

Mevr. Scheers houdt een spreekbeurt i.v.m. het licht dat muntvondsten kunnen werpen op de afbakening van het gebied dat bewoond werd door de Nerviërs ten tijde van de verovering van Gallië door Caesar, en waarover geen eensgezindheid bestaat onder deskundigen.  Ze overloopt de geografische verspreiding van de muntvondsten voor de verschillende soorten munten die door de Nerviërs werden geslagen (staters van de types 1 tot en met 4, kwart-staters, bronzen munten met het takmotief, idem met de opschriften VIROS en VERCIOS, potins van het type A en B).  Deze vondsten situeren zich niet alleen binnen het gebied van de Nerviërs zelf, maar ook in dat van hun buren, al dan niet bondgenoten in de oorlog tegen Caesar.  Ze geeft ter vergelijking trouwens ook een overzicht van de vondsten met munten van de Eburonen, de oostelijke buren van de Nerviërs.  Hoewel de aan- of afwezigheid van muntvondsten in bepaalde zones soms kan worden verklaard door met name het verloop van deze oorlog (althans voor zover de juiste omstandigheden zijn gekend en correct kunnen worden geïnterpreteerd), is haar conclusie dat het aantal vondsten voorlopig nog te beperkt is om een definitieve grensafbakening toe te laten.

M. Schoonheyt donne un exposé sur les moyens d’échange, utilisés par les Aztèques et les Mayas au 16ème siècle, tels qu’ils sont renseignés dans quelques sources et témoignages contemporains (par ex. le Codex de Mendoza).  Ces moyens d’échange étaient essentiellement de trois types : de la poudre d’or contenue dans une plume d’oiseau, des «hachettes» en bronze (de deux types différents) et des fèves de cacao.  Ils permettaient une activité commerciale importante et le paiement de tributs.  L’orateur avance l’hypothèse que le premier type des «hachettes» (appelé tajaderas) est inspiré de l’outil avec lequel est souvent représenté Saint-Isidore, patron des laboureurs et de Madrid, et qui a joui d’une grande popularité au Mexique dès les premières années de la colonisation espagnole; ceci impliquerait alors que ce type a été fabriqué seulement après la conquête des Espagnols, et n’était donc pas utilisé avant.  Le deuxième type (appelé tepuztli) a la forme d’une hache utilitaire, mais il est d’une extrême minceur, ce qui le rend inapte à servir réellement d’outil autre que comme instrument d’échange.  Quant aux fèves de cacao, leur utilisation remonte à bien avant la période coloniale.  Leur valeur, exprimée par rapport au real espagnol, a par ailleurs fortement augmenté dans le courant du 16ème siècle, à cause de leur utilisation comme moyen d’échange.

Le Président ayant passé la présidence à M. Dengis, celui-ci clôture la séance vers 16h30.