|
Intern reglement
Art. I. – Elk nieuw werkend lid ontvangt de medaille van het genootschap, waarop zijn naam gegraveerd wordt. Hij is een toetredingsrecht verschuldigd, bepaald door de algemene vergadering.
Indien hij nog geen mededeling tijdens een bijeenkomst gebracht heeft of heeft aangeboden aan het Tijdschrift, dan is hij verplicht dit te doen binnen het jaar van zijn benoeming, behoudens vrijstelling hiervan door het bestuursorgaan omwille van andere bewezen diensten.
Art. II. – Elke kandidaat voor het lidmaatschap dient aan de voorzitter zijn foto, zijn curriculum vitae en desgevallend een lijst van zijn publicaties over te maken. De voorzitter moet ingelicht worden over elke wijziging.
Art. III. – Met uitzondering van de aangesloten leden, ontvangt elk lid het Tijdschrift, indien hij de bijdrage heeft betaald voor het jaar waarvan het Tijdschrift het jaartal draagt. De ereleden en honoraire leden ontvangen het Tijdschrift gratis.
Art. IV. – De aangesloten leden zijn verplicht aan het bestuursorgaan zo snel mogelijk alle omstandigheden te signaleren die aanleiding kunnen geven tot wijziging van hun statuut binnen het genootschap.
Art. V. – De ledenlijst wordt opgesteld per categorie, en in elke categorie volgens de chronologische orde van de benoemingen.
Art. VI. – De leden worden verzocht de jaarlijkse bijdrage te betalen. Zij moeten dit doen binnen de maand die volgt op deze uitnodiging.
Art. VII. – Op aanvraag wordt aan de leden die hun bijdrage betaalden, een lidkaart afgeleverd.
Art. VIII. – Het genootschap houdt per jaar minstens zes bijeenkomsten of plenaire vergaderingen. De leden van alle categorieën mogen deze bijwonen. Het bestuursorgaan legt telkens het programma vast. Er wordt niet beraadslaagd.
Minstens één van deze vergaderingen, bij voorkeur deze van de maand juni, wordt gehouden in de provincie of in het buitenland.
Art. IX. – Naast de gewone jaarlijkse algemene vergadering zoals voorzien in artikel XVI van de statuten, wordt een tweede algemene vergadering gehouden in de loop van de maand oktober.
Art. X. – De echtgenoten van de leden mogen de algemene plenaire vergaderingen waarvan sprake is in artikel IX, bijwonen.
Art. XI – Politieke of religieuze discussies evenals commerciële activiteiten zijn ten strengste verboden binnen de schoot van het genootschap. Leden wordt verzocht de wettelijke bepalingen voor het gebruik van metaaldetectoren te respecteren.
Art. XII. – De penning van het genootschap in verguld zilver, zilver of brons kan enkel op beslissing van het bestuursorgaan worden toegekend aan personen of instellingen die uitzonderlijke diensten hebben verleend aan het genootschap.
Art. XIII. – De Bestuurders die personeelslid zijn van de KBR, mogen niet deelnemen aan de beraadslaging c.q. de stemming van agendapunten die een mogelijk belangenconflict tussen het genootschap en de KBR zouden inhouden, of die de autonomie en de vrijheid van beslissing van deze laatste mogelijks zouden kunnen beperken.
In voorkomend geval zullen zij op eigen initiatief het bestaan van een dergelijke mogelijkheid doen vaststellen door het bestuursorgaan, of kan één van de andere bestuurders deze mogelijkheid doen vaststellen; de betrokken bestuurders-personeelsleden zullen dan de vergadering van het bestuursorgaan verlaten voor de duur van de bespreking c.q. stemming van dit of deze punten. Het quotum voor het behalen van een meerderheid binnen het bestuursorgaan zal dienovereenkomstig worden aangepast.
Eén en ander zal expliciet in het verslag van de vergadering worden opgenomen.
Desgevallend zal de bestuurder die het langst werkend lid is van het genootschap de functie van voorzitter uitoefenen voor het (de) betrokken punt(en).
© KBGN-SRNB, 2008-2017
|